De afgelopen maanden is extreemrechts steeds duidelijker zichtbaar in de Nederlandse samenleving. Op allerlei plekken in het land zijn er – relatief kleine – demonstraties tegen asielzoekerscentra. Demonstranten brengen de nazi-groet, roepen Sieg Heil en lopen met de Prinsenvlag, die door de NSB gebruikt werd. Een deel van deze demonstraties wordt gewelddadig. Het anti-asielzoekersprotest ‘Elsfest’ in Den Haag escaleerde tot een aanval op het parlement, het kantoor van D66 en de politie.
Hoe verspreiden extreemrechtse ideeën zich en hoe normaliseren dergelijke ideeën? In recent onderzoek kijken politicologen Diane Bolet en Florian Foos naar de rol van de journalistiek. Ze onderzochten hoe media-optredens van extreemrechtse activisten invloed hebben op hoe ze gezien worden. In een experiment vergeleken ze specifiek wat het effect is van de houding van de interviewer op hoe burgers naar de geïnterviewde activisten kijken.
De extreemrechtse activisten uiten in de onderzochte fragmenten vergelijkbare extreme anti-migrantenretoriek. Maar in sommige fragmenten werd de extreemrechtse activist kritisch bevraagd door de journalist en in andere fragmenten was de journalist juist kritiekloos. Een kritische houding uit zich in het doorvragen naar feiten en bronnen voor extreme standpunten en in normeren als een geïnterviewde voorstellen doet die basale principes als democratie en rechtsstaat schenden.