Juist in kleinere of middelgrote gemeenten leidt het willen uitvoeren van een progressieve politieke agenda tot grotere uitdagingen. Een gesprek met GroenLinks-wethouders Karin Dekker (Assen), Tanja de Jonge (Barendrecht) en Joa Maouche (Renkum) over hun idealen, ervaringen en inzichten vanuit de bestuurlijke praktijk.
Vanuit welke idealen ben je de politiek ingegaan?
Joa Maouche: “Van kinds af aan ben ik geïnteresseerd in de natuur. Later kreeg ik tijdens een reis door Kenia oog voor onrechtvaardigheid. Ik zag hoe het leven één grote loterij is en hoe belangrijk de plaats is waar je geboren bent. Tijdens mijn studie kwamen deze twee lijnen samen. Toen ik voor het eerst mocht stemmen was de keuze voor GroenLinks snel gemaakt. Ik werd direct lid en rolde de partij in. Mijn drijfveren zijn rechtvaardigheid en klimaat. Knokken voor de kwetsbaren.”
Tanja de Jonge: “Mijn ideaal is dat iedereen moet kunnen meedoen. Voor ik de politiek in ging, werkte ik veel voor maatschappelijke organisaties. Ik ontdekte dat je vanuit de politiek meer invloed kunt hebben om idealen te verwezenlijken. Dat was voor mij de drijfveer om de overstap te maken.”
Karin Dekker is grootgebracht in een liberaal christelijk gezin, waar actief deelnemen aan de samenleving de norm was. In haar tienerjaren was Dekker actief in jongeren- en vrouwenbewegingen. De stap naar de politiek was voor haar vanzelfsprekend.