It’s the food my friend deel 5

Bovenstaand antwoord klinkt natuurlijk enorm tegenstijdig. Toch moet ik deze conclusie trekken, omdat het maatschappelijke debat omtrent voedsel nog springlevend is en we hierover nog lang niet zijn uitgepraat. De debatreeks leverde nieuwe inzichten op over ons voedselsysteem. Echter, er zijn nog heel veel aspecten van ons voedselsysteem niet onderzocht. Nieuw onderzoek naar ons voedselsysteem zal ook nieuw inzicht opleveren. Daardoor kan achteraf blijken dat goed bedoelde initiatieven een averechts effect hebben gehad.

Twee termen kwamen steeds terug in de debatreeks: eiwittransitie en bodemvruchtbaarheid. Met de eiwittransitie wordt de verschuiving van dierlijke eiwitten naar plantaardige eiwitten binnen ons dieet bedoeld. De bodemvruchtbaarheid staat centraal omdat er veel onduidelijk is over goede omgang met de bodem en hoe bodemvruchtbaarheid kan worden verbeterd. Een vruchtbare bodem is de basis van ons hele voedselsysteem.

Eiwittransitie

Eiwitten zijn essentieel voor onze spieren en energievoorziening. Naast koolhydraten en vetten voorzien eiwitten ons van onze dagelijkse energie. Ons dieet bestaat momenteel nog te veel uit dierlijke eiwitten. Deze zijn te vinden in vlees, vis en zuivel en hebben een grote ecologische voetafdruk.

Gerard Kramer, vertegenwoordiger van Blonk consultants, schetst tijdens het slotdebat hoe de voedselindustrie milieubewuster en efficiënter kan produceren. Hij stelt dat de productie en consumptie van vlees drastisch omlaag moet om de doelen van het klimaatakkoord van Parijs te behalen. De vleesindustrie is verantwoordelijk voor een derde van de totale uitstoot van broeikasgassen. De eiwittransitie is daarom essentieel voor een houdbaar en duurzaam voedselsysteem.

Kramer waarschuwt echter voor zwart-witdenken over eiwitten. Volgens hem moet de eiwittransitie beginnen in het consumptiepatroon van de gewone burger. De ‘flexitariër', de consument die zijn vleesconsumptie grotendeels heeft vervangen door plantaardige eiwitten, heeft de toekomst.

Bodemvruchtbaarheid

Het herstellen van de bodemvruchtbaarheid is een cruciale schakel in het behalen van de doelen die op de klimaattop in Parijs zijn gesteld, volgens klimaatwetenschapper Pier Vellinga. Veel landbouwgrond is uitgeput door voortdurend gebruik, de toepassing van schadelijke chemicaliën en het wegspoelen van nutriënten.

CO2 en andere broeikasgassen worden door natuurlijk processen opgeslagen in de grond. Door dit proces wordt de bodem ook vruchtbaarder en kunnen er meer micro-organismen leven. Dit herstelproces van de bodem heeft dus een zelfversterkende werking.

Daarnaast is het herstellen en verbeteren van de bodemvruchtbaarheid essentieel voor de overgang naar een duurzamer voedselsysteem. In de woorden van Vellinga: “Wanneer de bodem weer in zijn kracht wordt gezet en op een duurzame manier wordt bewerkt, krijg je een robuust voedselsysteem”.

Voor een duurzaam voedselsysteem is zowel de eiwittransitie als verbetering van de bodemvruchtbaarheid noodzakelijk. De verwachte bevolkingsgroei gaat de productiviteitsgroei van het huidige voedselsysteem inhalen. Dit houdt in dat het voedselsysteem op den duur niet meer in staat is om de wereldbevolking te voeden. Er moet een omslag komen bij producenten en consumenten. Het zwaartepunt in de mondiale eiwitconsumptie moet komen te liggen bij plantaardige eiwitten, die geproduceerd worden op een duurzame bodem.

GO!

De debatreeks eindigde positief: we weten grosso modo wat er moet gebeuren. De twee kernthema’s, de eiwittransitie en bodemvruchtbaarheid, moeten de basis vormen voor nieuw beleid. Tijdens het debat is gelukkig iemand met een luisterend oor aanwezig, die ook nog invloed heeft op het beleid: staatssecretaris van economische zaken Martijn van Dam. Hij spreekt de ambitie uit om te werken aan een voedselsysteem dat ook de komende generaties van goed voedsel kan voorzien. De weg naar een duurzaam voedselsysteem vereist de inzet van consumenten, producenten en overheid.

Hoewel het debat rondom het voedselsysteem alle kanten opgaat, is het essentieel dat het debat gevoerd blijft worden. Alleen zo kan het besef dat ons voedselsysteem op de schop moet zich verspreiden.