In zijn meest benauwde betekenis beschrijft het de uitvoering van een complot. Dit zou door een mondiale elite van rijkaards en linkse politici zijn beraamd. Politieke tegenstanders van radicaal-rechts zetten ‘omvolking’ weg als een nazi-term, maar daarmee is het begrip niet uit de wereld. Reden genoeg om te kijken naar de geschiedenis van het woord en van de daden die ermee gepaard gaan.

Letterlijk zegt omvolking dat het ene volk door een ander wordt vervangen. In de woorden van de Franse schrijver Renaud Camus: Le grand remplacement. De kern van de zaak zit in wat bedoeld wordt met ‘volk.’ Het gaat hier niet om een ander woord voor ‘natie’, het gaat om een (ander) soort mensen. In reactie op het gebruik van de aanduiding omvolkingstheorie zei Martin Bosma: "Het is geen theorie, het is gewoon wat een blind paard kan zien." En datzelfde bedoelde minister Faber toen ze sprak van een “zorgwekkende demografische ontwikkeling”. Het gaat dus om volk dat zichtbaar anders is en als je er te veel van ziet, dan is dat zorgwekkend.
Want dat gaat uitlopen op vervanging, op de ondergang van het oorspronkelijke volk. Zichtbaar anders dus, dat wil zeggen: etnisch-cultureel of raciaal afwijkend van het gangbare volksbeeld. In de praktijk gaat het hier meestal om mensen van Afrikaanse of Aziatische afkomst. Bij Camus en Wilders wordt dit toegespitst op moslims.
Nazi-term
Umvolkung is inderdaad een typisch technocratische term uit het nazi-jargon. Ze werd in de jaren dertig door de historicus Albert Brackmann als opdracht voor het Derde Rijk bedacht. In het oosten van Europa woonden niet-Germaanse volkeren op grondgebied dat voor de Duitse economie en voedselvoorziening geschikt zou zijn. Het zou goed zijn voor de doeleinden van nazi-Duitsland als die vervangen zouden worden door een Germaanse en Duitsgezinde bevolking, stelde Brackmann.
Na de inval in de Sovjet-Unie in juni 1941 begon het Duitse leger metterdaad met het uitroeien van de lokale Joden en verdrijven van niet-Duitsgezinde anderen. Van de herbevolking met Germanen kwam het uiteindelijk niet, door de weerstand van het Rode Leger en de zege van de Sovjet-Unie. Toen gebeurde juist het omgekeerde: de vervanging van Duitsers door Russen, Oekraïners en Polen. Met de Heimatvertriebenen in het naoorlogse Duitsland als slachtoffer.
“ De omvolking van Banda was het doel van Jan Pieterszoon Coen ”
De term mag door de nazi’s zijn gemunt, de geschiedenis geeft oudere voorbeelden van de praktijk. Onze eigen geschiedenis kent het bloedbad van Banda onder regie van Jan Pieterszoon Coen. Hoewel dit goed gedocumenteerd is en de feiten welbekend, heeft de motivering van Coen weinig aandacht gekregen. Maar een half jaar voordat Coen met een grote vloot het eiland Banda binnenviel, schreef hij aan de directie van de VOC: “Het is nodig dat Banda opnieuw overmeesterd en met andere mensen bevolkt gaat worden.” Met andere woorden, de omvolking van Banda was het doel. En zo is het in het voorjaar van 1621 ook uitgevoerd. Weliswaar toonden de Heren Zeventien, het bestuur van de VOC, zich geschokt over de vier- à vijfduizend dode Bandanezen, maar van het resultaat, een verzekerde nootmuskaatlevering, door de inzet van tot slaaf gemaakte bewoners van elders, hebben ze nog lang geprofiteerd. Een voorbeeld van omvolking avant la lettre.
Wat moeten we ervan denken dat juist deze term opduikt als rechtsradicalen reageren op de komst van niet-Europese immigranten? Het lijkt me geen toeval. Ook rechtsradicalen staan in een traditie, daar zijn ze zelfs trots op. En ze hebben zich de afgelopen jaren steeds beter georganiseerd, met steun van historici en ideologen die uit oudere bronnen putten. De interessante vraag is dus hoe ze het woord omvolking weten toe te passen op iets wat het tegenovergestelde is van wat ermee werd bedoeld. Dus niet de uitbreiding van gewenste Europese bevolking ten koste van inheemse, niet gewenste bevolking. Maar de vermeende verdringing en vervanging van de ‘blanke’ bevolking in Europa.
Die uitbreiding van de Europese bevolking over de aardbol, de kolonisering van Noord- en Zuid-Amerika, van Zuid-Afrika, van Australië en Nieuw-Zeeland, gepaard gaand met heel wat ‘omvolking’, die wordt door rechtsradicalen voor lief genomen; ze geldt voor hen zonder meer als uitbreiding van de westerse beschaving. En zo worden ook de koloniën in Azië en Afrika bezien waar de Europeanen niet op vestiging maar enkel op uitbuiting gericht waren. Dat er in die beweging tezelfdertijd massa’s mensen werden verplaatst, de gedwongen migratie van miljoenen Afrikanen, het verslepen van mensen van Bali en India naar Java, en uit Afrika, Java, India en China naar Suriname en de Kaapkolonie – het wordt genegeerd.
En dus wordt ook het historische vervolg van die migratie genegeerd. Dat zwarte Nederlanders met recht kunnen zeggen: ‘Wij zijn hier omdat jullie daar waren’, die waarheid vindt in het rechtse vertoog geen plek. En dus ook niet het feit dat Marokkaanse en Turkse Nederlanders hier zijn omdat de Nederlandse staat en bedrijfsleven daar waren om ze te halen. En omdat de erkenning van die feiten taboe is, moet de immigratie van niet-Europeanen het gevolg zijn van kwade opzet, een complot van een linkse wereldelite.
Wat zetten we ertegenover?
In het woord omvolking herleeft een raciale kijk op het volk. Ook een betoog tegen ‘islamisering’ gaat altijd over buitenlanders – niet over een godsdienst met een veelkleurige aanhang. Wat we voor onze ogen zien gebeuren is dat de ‘echte’ Nederlander tot exemplaar van een volksstam wordt gemaakt, die zich tegen vijandige stammen teweer moet stellen. De principes van de stammenmaatschappij verdringen zo de principes van de democratische rechtsstaat. De volksgemeenschap neemt de plaats in van de rechtsgemeenschap. Het ‘volk’ bepaalt wat de natie hoort te zijn.
Die sluipende racialisering van het politieke vertoog – ‘Minder Marokkanen en de Nederlander weer op één!’ – moet door democratisch gezinde mensen worden weersproken. Dat kan op basis van feiten en op basis van principes.
Feiten
Achtennegentig procent van alle Nederlanders heeft buitenlandse voorouders, blijkt uit genealogisch onderzoek. Een gemengde afkomst is dus de regel. Voor het ontstaan van de Nederlandse natie is migratie essentieel. De ‘echte’ Nederlander laat zich in ieder geval niet van de ‘onechte’ onderscheiden door zijn afkomst.
De – ook in vergelijking met landen als Zweden en Servië – enorme verscheidenheid aan achternamen wijst op de grote culturele diversiteit die er in dit land vanouds al is. Dat geldt ook voor de levensbeschouwelijke variëteit. Nederland zit in de wereldtop qua aantallen erkende godsdienstige en levensbeschouwelijke organisaties. Pluraliteit is een basiskenmerk.
“ Europese, Aziatische, Afrikaanse en Amerikaanse rijks- en landgenoten zijn coproducenten van het huidige Nederland ”
In de geschiedenis van Nederland, van het ontstaan van de Republiek, de groei van het rijk door koloniale verovering tot en met de dekolonisatie en de omvang van het huidige Koninkrijk der Nederlanden, hebben Europese, Aziatische, Afrikaanse en Amerikaanse rijks- en landgenoten allemaal hun aandeel. Zij zijn coproducenten van het huidige Nederland, inclusief de overzeese gebiedsdelen.
De Nederlander is gedefinieerd als de inwoner van Nederland. Zelfs taalkundig: in veel landen is het andersom, Rusland als het land van de Russen en Frankrijk als het rijk van de Franken en Azerbeidzjan als de beidzjan van de Azeri’s. Maar wij ontlenen onze naam aan het land waarin we wonen, of zijn komen wonen.
Principes
In een democratische rechtsstaat wordt de natie gevormd door allen die het staatsburgerschap hebben. Het Nederlandse volk is dus de verzameling van alle Nederlanders. Er is geen enkel verschil in rechtspositie tussen hier geborenen en geïmmigreerden. Dat is het niveau van de burgerrechten.
Er is zelfs geen enkel verschil in het recht op gelijke behandeling – door de overheid! – tussen ‘allen die zich in Nederland bevinden’ (artikel 1 van onze Grondwet), of ze nu staatsburger zijn of niet. Dat is het niveau van de mensenrechten, waaraan Nederland zich heeft verplicht.
Wij kunnen dus nooit de aanwas van ons volk door migratie als ‘omvolking’ betitelen. We zullen ook nergens meegaan in het rechts-radicale onderscheid van eigen volk en vreemd volk. Maar we hoeven daar ook niet geforceerd op te reageren met een soort taalcorrectie, door over mensen-met-een-migratieachtergrond en mensen-van-kleur te praten, met het risico dat die blijvend apart worden gezet. We kunnen daarentegen prima putten uit de taal van emancipatie, gelijkberechtiging en solidariteit, die met de Nederlandse geschiedenis is geschreven en tot in onze rechtsorde doorgedrongen. En dus ook vaststellen dat in die geschiedenis immigratie tot net zo’n natuurlijke groei leidt als de zogeheten natuurlijke aanwas door geboorte.
Lees ook in deze Helling

Word vriend & ontvang De Helling
Altijd de nieuwste artikelen lezen? Als vriend van Wetenschappelijk Bureau GroenLinks ontvang je 4x per jaar de Helling per post. Ook heb je bij elke nieuwe editie direct toegang tot alle Helling-artikelen op onze website.
De Helling draagt bij aan verdieping en politieke visievorming binnen GroenLinks. Met jouw vriendschap steun je het werk van het tijdschrift en Wetenschappelijk Bureau GroenLinks.