GroenLinks bestond vier jaar. Het was gevormd als een samenwerkingsverband tussen vier kleine linkse partijen: de Politieke Partij Radikalen, een partij die gevormd was als progressief-Christelijke partij dichtbij de PvdA maar die sinds begin jaren '80 een onafhankelijke groen-linkse koers ging varen. De Pacifistisch-Socialistische Partij was een partij van progressieve linkse intellectuelen.
De Communistische Parij Nederland was omgevormd van een communistische partij op Sovjet-Russische leest naar een linkse emancipatiepartij. De vierde partij was de Evangelische Volkspartij, een zeer kleine progressieve Christelijke partij.
In 1993 trad Ria Beckers af. Zij was vier jaar lang de partijleider van GroenLinks geweest en daarvoor al twaalf jaar lang was ze leider van de de PPR. Zij werd de "Akela van GroenLinks" genoemd. Het gezicht van progressieve, groene, linkse politiek. Na zestien jaar actieve politiek verliet Beckers de parlement.
Acht kandidaten voor een plek
GroenLinks schreef een referendum uit voor het lijsttrekkerschap. Het was de eerste keer in de geschiedenis van de Nederlandse politiek dat het partijleiderschap het onderwerp was van een intern referendum. Een noviteit: GroenLinks was zijn tijd vooruit.
Ondertussen werd Peter Lankhorst (ook PPR) fractievoorzitter ad interim. Hij ambieerde het voorzitterschap niet. Geen van de zittende Kamerleden wilde zich kandidaat stellen. Zij vonden het werk van Kamerlid al lastig te combineren met het hun gezin, maar dachten dat ze als partijleider helemaal geen tijd meer zouden hebben voor hun kinderen.
De GroenLinks Raad besloot om duo-lijsttrekkerschap mogelijk te maken: een lijsttrekker en een nummer twee zouden samen de zware taak van het lijsttrekkerschap dragen. Nederland volgde het voorbeeld van Duitsland, waar de Groenen ook een dubbel partijleiderschap hadden.
Twee duo's melden zich aan voor de verkiezingen: Paul Rosenmöller en Leoni Sipkes waren de eersten. Rosenmöller, die als onafhankelijke kandidaat in de Kamer was gekomen, had zijn sporen verdiend in de vakbond. Zijn nummer twee was Leoni Sipkes, een uit de PSP afkomstige vredesactiviste.
Het tweede koppel werd gevormd door Ina Brouwer en Mohammed Rabbae. Brouwer was al sinds 1981 lid van de Tweede Kamer voor de CPN. Zij had zichzelf nooit als communiste gezien, maar als linkse feministe. Zowel het vrouwenoverleg van GroenLinks als de Linkerwang, het uit de EVP voortgekomen platform voor geloof en politiek hadden haar al als kandidaat naar voren geschoven.
De laatste stelde overigens een koppel voor met Ab Harrewijn, de eveneens uit de CPN voortgekomen rode dominee. Brouwer koos zelf Rabbae als haar running mate. Rabbae was een onbekende binnen GroenLinks. Hij was directeur van het Nederland Centrum voor Buitenlanders.
Er deden ook nog een aantal individuen mee aan de strijd: in de eerste plaats, Wim de Boer, die als voorzitter van de PPR een grote rol had gespeeld in de vorming van GroenLinks en fractievoorzitter van GroenLinks in de Eerste Kamer was. Daarnaast was er Herman Meijer, raadslid in Rotterdam, die via de homo- en studentenbeweging, actief in de CPN was geworden.
Ook was er Ineke van Gent, fractievoorzitter van GroenLinks in de gemeenteraad van Groningen met wortels in de PSP. Daarnaast was Marianne van der Zeeuw uit Zoetermeer. Ten slotte was er Agnes Koelemij, een bijstandsmoeder die studeerde en de verkiezingen in wilde gaan als de armste kandidaat ooit. Zij had bekendheid opgebouwd als protestzangeres.
De drie meest prominente bloedgroepen van GroenLinks (CPN, PPR, PSP) waren dus allemaal vertegenwoordigd. De PPR met één kandidaat, de CPN met twee kandidaten en de PSP met een kandidaat en een running mate.
Een onverwachte maar voorspelbare uitslag
Bijna 7500 van de 12500 leden van GroenLinks bracht hun stem uit in de eerste ronde. De twee duo's eindigden bovenaan: Brouwer/Rabbae wonnen 36% en Rosenmöller/Sipkes 34%. Daarop volgde De Boer met 18%. Geen van de andere kandidaten won meer dan 10% van de stemmen.
De onvoorspelbare verkiezingen werden door De Boer omschreven als een tombola. De koppels gingen verder in een tweede ronde. Bijna 9000 van de 12500 leden kwam op. Brouwer/Rabbae won nipt, terwijl Rosenmöller eigenlijk werd gezien als de grote kanshebber door journalisten.
De uitslag was begrijpelijk: Veel GroenLinksers wilden een vrouwelijke lijsttrekker. Daarnaast, in de kring van de CPN was de roep om een kandidaat uit de eigen bloedgroep groot. Onder de anderen groepen was dat veel kleiner. Dat Brouwer zou winnen, stond dus al vast want zij was een uit de CPN afkomstige vrouw. De lijstvolgorde van de eerste vier werd Brouwer, Rabbae, Rosenmöller en Sipkes.
De erfenis
Opvallend is dat veel van de kandidaten in de geschiedenis van GroenLinks een rol zouden spelen. Brouwer verloor de verkiezingen: GroenLinks haalde maar vijf zetels. Eén minder dan in 1989. Ina Brouwer verliet de politiek -zij werd topambtenaar emancipatie bij Sociale Zaken. Het verlies werd door velen geweten aan de onduidelijkheid van een lijsttrekkersduo.
Rosenmöller, die de interne verkiezingen nipt had verloren, werd fractievoorzitter en leidde GroenLinks naar een nieuwe tijd als oppositieleider tegen het eerste Paarse kabinet. Hij bleef nog bijna 10 jaar Kamerlid en werd een van de meest beeldbepalende gezichten van GroenLinks.
Rabbae bleef acht jaar lid van de fractie van GroenLinks en werd vervolgens wethouder in Leiden. Sipkes bleef tot 1998 lid van de Kamer en is nu burgemeester in Koggeland. Van Gent trad in 1998 toe tot de Kamer voor GroenLinks en dat is zij nog steeds; vanwege haar eigenzinnige opstelling is zij een van de meest opvallende politici binnen de partij. Meijer deed in 2002 een succesvolle gooi naar hij partijvoorzitterschap, na wethouder geweest te zijn in Rotterdam.
Wim de Boer bleef tot 2003 fractievoorzitter in de Eerste Kamer en volgde vervolgens Rabbae op als wethouder in Leiden. In 2011 nam zijn dochter, Margreet de Boer, het stokje in de Senaat over. Marianne Zeeuw werd raadslid in Zoetermeer en is op dit moment voorzitter van de GroenLinks-afdeling in Zoetermeer. Agnes Koelemij heeft haar muzikale interesse verlegd en zingt nu in verschillende streektalen.
Het referendum werd pas weer geïntroduceerd in 2009 bij de Europese verkiezingen. Maar toch: het was een waardevol referendum geweest in 1993 omdat zoveel verschillende mensen mee mochten doen, mensen die in de komende twintig jaar kenmerkend zouden zijn voor GroenLinks.