Iedere politicus zou eens een dagje mee moeten lopen bij de organisatie van een internationaal muziekfestival.
Het is een onbetwiste flop, dat is elf jaar na de legalisering van prostitutie wel duidelijk. Het failliet van comfortfeministen die verkrachting tegen betaling voor seksuele bevrijding aanzien. En van andere liberalen die alles van waarde verhandelbaar achten. Gesteund door de hoop dat het vrouwenhandel en uitbuiting van vrouwen zou bestrijden. Maar het tegengestelde gebeurde.
Cijfers, feiten, statistieken: de werkelijkheid lijkt in de culture wars geen scheidsrechter meer te zijn. Alles is immers afhankelijk van je frame. In zijn boek 'Culturele veldslagen' zoekt Gijs van Oenen naar de wortel van dit probleem.
Tijdens Dodenherdenking een week geleden sprak spoken word kunstenares Amara van der Elst de volgende woorden: Wanneer twee verhaallijnen door mijn bloed stromen / Waar Indo en Nederlander in één lichaam samenkomen / Wie is dan de sterkste vechter in de kooi? / Ik leerde half en half maken heel mooi
‘Jonge stemmers maken steeds meer de dienst uit in Top 2000.’ Mijn oog viel vorige week op de kop van een nieuwsbericht op nu.nl. De openingszin is treffend: ‘De Top 2000 heeft enigszins het imago dat het een feestje is van witte oude mannen, maar dat is dit jaar toch een beetje anders.’ Festivalsensatie Goldband is de hoogste nieuwe binnenkomer, de YouTube-hit Bankzitters heeft meerdere plekken veroverd en Silk Sonic is de grootste stijger met het r&b-nummer 'Leave the Door Open'.
Tijdens de laatste Franse presidentsverkiezingen zei Marine Le Pen dat ze een 'présidente du quotidien' wilde worden, een president van alledag. Het geeft te denken dat juist extreemrechts de zorgen van alledag weet te kapen en het persoonlijke politiek maakt. Links moet weer een emancipatiebeweging worden. Verbind de burn-out van de planeet met een strijdbare analyse van Big Tech en de groeiende controlesamenleving, waarin publieke waarden eroderen en het leven verder versnelt.
De sociaal-liberale en de vrijzinnig-paternalistische verdediging van het basisinkomen gaan een eind gelijk op. Maar om het een moreel-politiek draagvlak te geven is het belangrijk om een bepaalde wederkerigheid in te bouwen.
Je kunt de jaren '60 als een afgesloten periode neerzetten waarin conservatieve bolwerken werden gesloopt. Echter, dit decennium van 'oplopende ongehoorzaamheid' kan ook beschouwd worden als een aanzet tot verder- en diepergaande politieke protesten in de jaren '70.
Ik zag in het Amsterdamse Muziekgebouw aan ’t IJ een adembenemende voorstelling met de intrigerende titel o..|o..|o.|o. (soléa). Het was tijdens de Flamenco Biënnale, door oprichter en directeur Ernestina van de Noort opgebouwd tot een festival van wereldklasse.
Veel progressieve Nederlanders met goede bedoelingen ten aanzien van diversiteit slagen er toch niet in hun leef- en werkomgeving diverser te maken. Dit komt door de fixatie op het anders-zijn en de vermeende achterstand van mensen met een migratieachtergrond. Hierdoor vallen deze groepen altijd buiten de boot, zelfs wanneer ze hun best doen om erbij te horen.