Monbiot is een bevlogen spreker, vooral als het aankomt op het onderwerp van protest van klimaatactivisten. Hij noemde dat onlangs in het Amsterdamse debatcentrum De Balie het ‘belangrijkste werk op aarde’, waarvan het ‘overleven van de mensheid’ afhangt. “De politiek gaat over ónze belangen. We kunnen het ons niet langer veroorloven om ‘politiek’ weg te geven aan de mensen in het parlement, waar belangen van lobbyisten alle ruimte krijgen. Activisten mengen zich in de politiek en protest is daarmee een van de fundamenten van de democratie.”

Onze voedselproductie maakt deel uit van een complex systeem dat steeds kwetsbaarder wordt. De agressie van Rusland in Oekraïne heeft de aandacht gevestigd op de afhankelijkheid van ontwikkelingslanden van Oekraïense tarwe. Denkt u dat dit een impuls heeft gegeven aan een hervorming van ons voedselsysteem?

“Dat zou ik graag geloven, maar ik denk dat heel weinig mensen, ook politici, enig idee hebben van wat er gebeurt in het wereldwijde voedselsysteem en de bedreigingen waarmee het wordt geconfronteerd. Vorig jaar was de tarweoogst groter dan ooit. En toch is het aantal mensen met honger sinds 2015 weer aan het stijgen. Sommige spelers worden veel te groot: volgens een schatting van Oxfam verhandelen vier bedrijven 90 procent van alle granen.

Alle belangrijke dingen in het leven zijn complexe systemen: het menselijk brein, het lichaam, elk ecosysteem, de oceanen, de atmosfeer, het mondiale financiële systeem. En, zoals u zegt, het wereldwijde voedselsysteem. Bij het onderzoek voor mijn nieuwe boek, Regenesis, las ik meer dan vijfduizend wetenschappelijke artikelen. Verreweg het meest beangstigend was een serie artikelen waarin de toestand van het wereldvoedselsysteem werd bekeken vanuit een systeemtheoretisch perspectief. Daardoor kon ik zien hoe dat zijn veerkracht had verloren en schokken begon door te geven die normaal gesproken door een veerkrachtig systeem zouden worden gedempt.

Het voedselsysteem begint te lijken op het wereldwijde financiële systeem in de aanloop naar 2008. Toen dat om dezelfde redenen bijna instortte, konden de regeringen het met toekomstig geld redden. En als ze het niet hadden gered, zouden de gevolgen voor miljarden mensen catastrofaal zijn geweest. Maar als het voedselsysteem instort, kun je het niet redden met toekomstig voedsel – en zullen de gevolgen veel catastrofaler zijn.”

George Monbiot
George Monbiot. Foto: Stuart Simpson / Penguin Random House

Wat zou uw aanbeveling zijn voor de groene partijen in de Europese Unie? Hoe kunnen zij doeltreffender worden in het hervormen van onze voedselindustrieën?

“Ik denk dat we veel meer dan nu de nadruk moeten leggen op de maatschappelijke kosten van voedsel en landbouw. Voedselproductie is de grootste bedreiging voor de planeet. Het is de belangrijkste oorzaak van de vernietiging van leefgebieden van dieren en planten, van uitsterving. Het is de grootste factor in landgebruik, watergebruik, bodemdegradatie, klimaatverandering, watervervuiling en luchtvervuiling. Het gesprek over fossiele brandstoffen, kunststoffen en chemicaliën voeren we op een redelijk goed niveau, maar we zouden het minstens evenveel over voedsel en landbouw moeten hebben. Zelfs als we morgen alle fossiele brandstoffen zouden elimineren, zouden op termijn de gevolgen van de voedselproductie ervoor zorgen dat we de in 2015 in Parijs overeengekomen temperatuurlimieten overschrijden.”

U betoogt in het boek dat we een vorm van landbouw nodig hebben die minder intensief is én minder ruimte inneemt.

“We moeten streven naar een vorm van landbouw die meer voedsel produceert met minder landbouw. Grond is, denk ik, de belangrijkste van alle milieumaatstaven. Elke hectare land die we gebruiken voor onze eigen (voedsel)doeleinden is land dat niet kan worden gebruikt om wilde ecosystemen te ondersteunen. En de grote meerderheid van de soorten in de wereld, en zelfs van de aardse systemen, is afhankelijk van wilde ecosystemen. Een van de veelbelovende onderzoekslijnen is de poging over te schakelen van eenjarige graangewassen op meerjarige graangewassen.

Laat me het belangrijkste verschil uitleggen: grote gebieden die bedekt zijn met eenjarige planten zijn vrij zeldzaam in de natuur en ze komen meestal voor in de nasleep van een ecologische ramp, zoals een vulkaanuitbarsting of een aardverschuiving of een grote brand. In die gevallen koloniseren eenjarige planten de kale grond en dat doen ze heel snel en heel doeltreffend. Ze blijven een jaar of twee dominant en dan komen de meerjarige planten er weer bij en verdringen ze. En dus moeten we, om eenjarige graangewassen te verbouwen – en bijna al het graan dat we momenteel verbouwen is afkomstig van eenjarige planten – elk jaar een ‘ramp’ veroorzaken. We moeten het land omploegen of besproeien om alle concurrentie voor de eenjarige planten die we zaaien uit te schakelen. En vervolgens moeten we de zaailingen tijdens hun groei vertroetelen met pesticiden, herbiciden, kunstmest en irrigatiewater. Al deze maatregelen brengen veel schade toe aan het milieu. Als we in plaats daarvan meerjarige graangewassen kunnen verbouwen, richten we die schade slechts om de paar jaar aan in plaats van elk jaar.

Het Land Institute in Kansas leidt het onderzoek naar meerjarige graangewassen en heeft al verschillende veelbelovende richtingen ontwikkeld. Een daarvan is volledig gecommercialiseerd: het gaat om een rijstvariëteit die na verschillende oogsten nog steeds dezelfde opbrengst oplevert als eenjarige kortkorrelige rijst. Het is in feite een identiek product met een enorme potentiële milieuwinst. We hebben tot nu toe gezien dat de opbrengsten hoog zijn gebleven, terwijl de effecten op het milieu sterk zijn verminderd.”

U bent veganist en spoort mensen aan om voor dezelfde levensstijl te kiezen. Denkt u dat de bewuste keuze van enkelen echt veel verandering kan veroorzaken?

“Ik ben veganist geworden omdat ik me bewust werd van de enorme onevenredige milieueffecten van de veehouderij, die veel groter zijn dan de effecten van welke andere vorm van landbouw dan ook. Zowel intensieve als extensieve veehouderij zijn uiterst schadelijk – het houden van dieren zal in 2030 naar schatting de helft van ons CO2-budget opslurpen. Er is milieutechnisch geen goede manier om meer dan een kleine hoeveelheid vlees te produceren. En als we maar een kleine hoeveelheid vlees zouden produceren, zouden alleen miljonairs het eten. Dat betekent dat we met een goed geweten geen dierlijke producten kunnen blijven eten.

“ Precisiefermentatie kan de aanzet geven tot een dieetrevolutie ”

Maar als het gaat om de vraag of we mensen kunnen overtuigen om op grote schaal veganistisch te worden, wordt het moeilijk. Ik denk dat de politiek niet sterk is in mensen overtuigen op morele gronden. Terwijl we in sommige delen van de wereld, vooral in Europa, veganisme vrij snel zien toenemen, neemt het vlees eten wereldwijd veel sneller toe. Dat is een van de grootste bedreigingen voor het voortbestaan van de planeet. Uiteindelijk wordt de oplossing bepaald door de prijs. Wat we moeten doen is producten produceren die even goed zijn als dierlijke producten, maar goedkoper en idealiter ook gezonder. Ik geloof dat precisiefermentatie – het vermenigvuldigen van micro-organismen om een zeer eiwitrijk meel te produceren – een veel betere basis wordt om nieuwe vleesvervangers en eiwitvervangers te maken dan hoe we het nu doen, door planten als soja te kweken. Precisiefermentatie gebruikt een fractie van het landoppervlak dat momenteel wordt gebruikt om eiwitten te produceren, er is veel minder water en kunstmest nodig en het is een gesloten systeem dat ervoor zorgt dat we niet de massale uitspoeling van pesticiden en meststoffen naar het milieu krijgen die zoveel schade aan de levende wereld heeft toegebracht.

Ik geloof dat precisiefermentatie ook de aanzet zou kunnen geven tot een geheel nieuwe manier van eten en koken – een dieetrevolutie die even radicaal is als die de landbouw introduceerde toen die duizenden jaren geleden werd ontwikkeld.”

Een van de problemen die u in het boek noemt is het subsidiesysteem voor de landbouw – onder andere in de EU. Ziet u daar een kans op verbetering?

“Ruwweg 40 procent van de EU-begroting wordt besteed aan landbouwsubsidies en bijna al die subsidies zijn schadelijk. Het is een van de meest regressieve vormen van overheidsuitgaven op aarde, omdat het grootste deel ervan naar de rijkste landeigenaren gaat. Het zijn de belastingbetalers die hen dat geld geven. De armen geven dus geld aan de rijken, wat werkelijk schandalig is.

Bovendien zijn deze subsidies uiterst schadelijk voor het milieu, omdat ze een krachtige, perverse stimulans creëren om ecosystemen te vernietigen. Bij het grootste deel van de subsidies kunnen alleen betalingen worden ontvangen voor grond die in zogenaamde landbouwconditie verkeert. In de meeste landen hoef je niet echt voedsel te produceren, het moet er alleen uitzien alsof het land voedsel zou kunnen produceren. Als dat land ‘permanente niet in aanmerking komende elementen’ bevat, met andere woorden leefgebieden van wilde dieren, zoals vijvers en moerassen en herstellende bossen, dan wordt dat uitgesloten van landbouwsubsidies. Het is een absolute schande.

Bij elke subsidieronde, elke vijf jaar, belooft de Europese Commissie dat het allemaal gaat veranderen. Maar in feite wordt het elke keer erger. Waarom? Vanwege de macht van de landbouwlobbyisten.”

Dit zou zelfs iets kunnen zijn waar de Groenen een gedeeld agendapunt van zouden kunnen maken, samen met de neoliberalen, die boos zouden kunnen zijn over geldverspilling – ook al geven zij niet zoveel om het milieu.

“Technisch gezien zou dat logisch zijn. Maar we hadden een geweldige kans om dit te testen met de Brexit. Als ik puur op landbouwbeleid had gestemd, zou ik voor vertrek hebben gestemd, want uit het gemeenschappelijk landbouwbeleid stappen is het enige goede aan de Brexit. Maar in de praktijk zeiden de belangrijkste neoliberale voorstanders van de Brexit ofwel helemaal niets over landbouwsubsidies, ofwel beloofden zij boeren hetzelfde subsidiestelsel te handhaven nadat wij de EU zouden verlaten.”

George Monbiot
George Monbiot. Foto: Stuart Simpson / Penguin Random House

Het probleem dat u beschrijft gaat vooral over de voordelen voor industrieën of oligarchen, maar hoe zit het met kleine boeren? Nederland is bijvoorbeeld opgeschrikt door boerenprotesten, omdat de Nederlandse regering aankondigde veehouders tot sluiting te gaan dwingen vanwege hun onhoudbare stikstofuitstoot.

“We gaan ze niet overtuigen dat dit de juiste weg is. Maar als je de landbouwsubsidies afstemt op de milieudoelstellingen die je wilt zien, dan spreekt het geld. Boeren hebben een groot aanpassingsvermogen en volgen die financiële prikkels, dat hebben ze altijd gedaan. We hebben ook regelgeving nodig. Veehouders, groot en klein, doden rivieren over de hele planeet door de hoeveelheid stikstof en fosfor die zij lozen, terwijl de reactionaire protesten in Nederland alleen maar probeerden om business as usual te handhaven. Ik kan begrijpen waarom de boeren dat standpunt innamen, maar het is gewoon geen milieuvriendelijke houding.”

In uw boek stelt u dat “een van de grootste bedreigingen voor het leven op aarde de poëzie is”. Daarmee bedoelt u dat onze samenlevingen zich vastklampen aan een ‘belachelijke fantasieversie’ van het plattelandsleven. Wat kunnen we doen om die fantasie te vervangen door iets productievers?

“We hebben het probleem dat onze perceptie van voedselbeleid gedomineerd wordt door esthetiek, door poëzie, door plaatjes. Heel weinig mensen kennen de cijfers als het op voedsel aankomt, kennen de CO2-impacts van hun keuzen. Daarom hebben veel elitaire fantasieën over hoe de wereld gevoed zou kunnen worden geen basis in de werkelijkheid. Mensen die nooit de moeite hebben genomen om te onderzoeken hoe een miljard mensen gevoed kunnen worden, zeggen gewoon: ‘Iedereen moet het dieet eten dat ik eet, omdat ik het lekker vind.’ Dus schrijven ze dingen voor als grasgevoerd vlees, wat erop neerkomt dat je een neolithisch productiesysteem gebruikt om een bevolking van de 21ste eeuw te voeden. Dat zou alleen werken als we meerdere planeten hadden en op geen enkele daarvan ruimte maakten voor wilde ecosystemen. Deze fantasie van voedselproductie is een van de grootste bedreigingen waarmee we geconfronteerd worden.

“ De niet-boeren op het platteland hebben bijna geen stem en worden door politici van alle partijen genegeerd ”

De vraag is dus hoe het te bestrijden. Je kunt een discussie niet winnen met data alleen, dat is heel duidelijk. Natuurlijk moeten we nauwkeurig zijn, maar als je de mensen alleen maar een rij cijfers voorleest, zullen ze niet overtuigd worden. We hebben ook verhalen nodig – een verhaal dat vertelt dat de wereld in een staat van wanorde is gebracht door machtige belangen die de mensheid tegenwerken. En in dit geval is dat de veehouderij en de andere uiterst schadelijke sectoren binnen de landbouw. De helden – de activistische bewegingen die het tegen hen opnemen – kunnen hen omverwerpen en de harmonie op aarde herstellen. Dat is de fundamentele structuur van het nieuwe verhaal van herstel. We moeten steeds inventievere en kleurrijkere manieren vinden om dat verhaal te vertellen, maar tegelijkertijd altijd teruggrijpen naar de wetenschappelijke feiten.”

Groene partijen hebben meestal meer succes onder stedelijke kiezers. Is er een vorm van groene politiek voor het platteland en voor de landbouw die de steun van boeren en plattelandsgemeenschappen kan winnen?

“Om te beginnen moet worden erkend dat boeren en plattelandsgemeenschappen niet hetzelfde zijn. In Engeland vormen boeren, zelfs als je de breedste definitie neemt van wat een landbouwer is, slechts 3 procent van de plattelandsbevolking. Dus 97 procent van de mensen op het platteland werkt niet in de landbouw, en toch worden ze in politieke discussies over één kam geschoren. In feite hebben de niet-boeren op het platteland bijna geen stem en worden ze door politici van alle partijen genegeerd. Wat in het belang is van bepaalde boeren, zoals de veehouders in Nederland, kan vaak sterk ingaan tegen de belangen van de planeet als geheel. En dus moeten we geen onevenredige aandacht geven aan de eisen van de boeren. Is het doel om de harten van boeren te winnen? Nou, voor zover we dat kunnen, zeker. Maar we moeten er ook voor zorgen dat de landbouw goed wordt gereguleerd en dat regeringen een beleid uitstippelen voor de resultaten die we willen zien. Als we het aan de industrie overlaten, wordt de planeet verscheurd.”

Na de overwinning van Lula in de Braziliaanse presidentsverkiezingen van 2022 tweette u: “Bolsonaro was niet alleen een bedreiging voor het leven van de Brazilianen, maar ook voor het leven op aarde.” Waarom staan rechts-populistische leiders zo vijandig tegenover het milieu?

“Een groot deel van het politieke platform van die beweging is gestoeld op de ontkenning van de materiële werkelijkheid. Feiten worden beschouwd als onderdeel van de ‘samenzwering’ van woke tegen degenen die ons willen terugbrengen naar de oude waarden die zij beweren te vertegenwoordigen. Wetenschap wordt door fascisten en neofascisten beschouwd als diametraal tegengesteld aan hun agenda. Hun ideeën zijn gebaseerd op fantasie en op het idee dat een kleine groep mensen een door God gegeven recht heeft om alle anderen te domineren.

We hebben een reeks politieke leiders over de hele wereld die hierin lijken te geloven, en het levert een beweging op die inderdaad het leven op aarde bedreigt. Bolsonaro was een van de grootste bedreigingen waarmee de wereld te maken heeft gehad. Hij heeft de ontbossing in het Amazonegebied sterk uitgebreid, wat niet alleen een van de belangrijkste ecosystemen op aarde vernietigt, maar ook een bedreiging vormt voor de aardsystemen zelf. En hij maakte deel uit van een destructieve nexus van politici die ernaar streven milieuregels of zelfs maar enige beperking op het gedrag van machtige mensen af te breken.”

Greta Thunberg en de internationale klimaatbeweging Fridays for Future waren verrassend prominent tot 2020, toen het milieu een secundaire kwestie werd achter COVID-19. Denkt u dat de beweging sindsdien het momentum heeft weten te herwinnen?

“We waren er in 2019 bijna. Ik las een academisch artikel dat stelde dat we aan het eind van dat jaar en in begin 2020 dicht bij een politiek omslagpunt waren. Er is inmiddels een aanzienlijke hoeveelheid bewijs dat een grote omslag in de samenleving bereikt kan worden zodra je ongeveer 25 procent van de mensen bereikt met een nieuw idee, perspectief of een nieuwe manier van denken. Dan krijg je een sociale omslag en stapt de meerderheid van de mensen over naar dat standpunt. Maar toen kwam de pandemie die ons verhinderde om in groten getale bijeen te komen, wat essentieel is om politieke veranderingen teweeg te brengen. Nu moeten we de beweging opnieuw opbouwen. Het is moeilijk om de opwinding die er de eerste keer was weer op te wekken, maar er zijn opmerkelijke, verbazingwekkend moedige activisten over de hele wereld die proberen ervoor te zorgen dat onze bewegingen die de bewoonbare planeet verdedigen dat punt bereiken waarop hun ideeën gemeengoed worden.”

In juli stelde u op Twitter dat milieuorganisaties en ngo’s momenteel niet in staat zijn om de zaak van de milieubeweging effectief te bevorderen. Kunt u uitleggen waarom?

“Je zou kunnen denken dat hoe groter een organisatie wordt, hoe moediger en sterker die wordt, maar in de praktijk blijkt precies het tegenovergestelde. Hoe groter hoe bedeesder. En ik denk dat dat komt omdat een organisatie meer verstrengeld raakt met het establishment en meer te verliezen heeft – vooral wanneer die een zeer groot budget en veel leden heeft. In het Verenigd Koninkrijk hebben we bijvoorbeeld grote natuurbeschermingsorganisaties – de National Trust, de Royal Society for the Protection of Birds (RSPB), de Wildlife Trust – met samen 8 miljoen leden. Toch doen ze niets met dat lidmaatschap, ze mobiliseren de leden niet, ze sturen niet aan op politieke veranderingen. Het enige wat zij in hun recente geschiedenis hebben gedaan (de National Trust begon als een tamelijk radicale organisatie, maar is dat nu niet meer – red.) was het nastreven van kleine incrementele veranderingen door netjes te praten met mensen met macht. Zo hebben ze bijna niets bereikt.

Een deel van het probleem is dat hun visie op verandering al heel lang verkeerd is. Zij hebben betoogd dat er niet genoeg tijd is om het hele politieke en economische systeem te veranderen, en dat mensen dat niet zouden accepteren. Maar tegelijkertijd waren degenen die ik als onze voornaamste tegenstanders zie – de neoliberalen die milieuregelgeving, belastingen, vakbonden en protestbewegingen hebben afgebroken – in feite heel duidelijk over het feit dat systeemverandering de weg was die we moesten volgen. Zij gingen daar meedogenloos en zeer effectief mee door, en daarmee veranderden zij werkelijk de hele basis waarop de samenleving wordt bestuurd.”

Wat vindt u van de manier waarop de klimaatbeweging grijpt naar burgerlijke ongehoorzaamheid en disruptieve acties? Sommigen hebben betoogd dat acties zoals die met de soep op schilderijen niet helder in hun doelen zijn en een grotere terugslag veroorzaken dan positieve effecten.

“Burgerlijke ongehoorzaamheid is altijd een essentieel aspect geweest van politieke verandering. Als je kijkt naar alle grote verschuivingen die in de politiek hebben plaatsgevonden, dan zijn die, in ieder geval gedeeltelijk, gedreven door massale mobilisatie en burgerlijke ongehoorzaamheid. Algemeen kiesrecht en stemrecht voor vrouwen werden bereikt met behulp van burgerlijke ongehoorzaamheid. Hetzelfde geldt voor burgerrechten, het einde van de apartheid of dekolonisatie. Het is heel moeilijk om politieke veranderingen te bewerkstelligen als burgerlijke ongehoorzaamheid daar geen deel van uitmaakt. Zelfs als een bepaalde tactiek niet de juiste is, is dat geen argument tegen het principe van burgerlijke ongehoorzaamheid.”

CV George Monbiot

Geboren
Londen, 27 januari 1963

Werk
George Monbiot is een Britse zoöloog en schrijver. Hij heeft een wekelijkse column in de Britse krant The Guardian. In 2006 verscheen zijn eerste boek over de klimaatcrisis: Heat – How to Stop the Planet Burning. In 2013 publiceerde hij een boek over rewilding: Feral. Zijn meest recente boek, Regenesis – Feeding the World Without Devouring the Planet, over de milieu-impact van de veehouderij, verscheen dit jaar.