Edward Snowden schudde de wereld wakker over de risico’s van de inzameling van enorme hoeveelheden persoonlijke data. De cruciale NSA-documenten smokkelde hij in een kubus van Rubik naar buiten.
De datahonger van onze samenleving vraagt om een bewuste omgang met technologieën. Maar burgers, politici en bedrijven zijn daartoe moeilijk te bewegen. Waarom? Voor een antwoord moeten we terug naar de wortels van de digitale cultuur: de hippiecultuur in het Californië van de jaren zestig.
Bestuurders en beleidsmakers zijn zich veel te weinig bewust van de vragen die worden opgeroepen door het gebruik van big data en algoritmes in openbare besluitvorming. Intussen zijn onze mensenrechten in het geding. Wie neemt verantwoordelijkheid?
Zorggegevens zijn intieme gegevens. Door digitalisering worden ze steeds makkelijker toegankelijk, ook voor bedrijven. Hoe beschermen we onze data in de zorg? Politieke keuzes zijn noodzakelijk.
Big data worden door zowel commerciële bedrijven als overheden verzameld en gebruikt. Welk gebruik is nu nuttig en welk gebruik onwenselijk? En hoe kan een te grote concentratie van macht worden voorkomen? Verschillende sectoren vragen om verschillende benaderingen.
Het gebeurt regelmatig dat ik in de trein word aangesproken door wat oudere, vriendelijke dames en heren gekleed in kleurrijke hesjes met het verzoek om mijn ov-kaart te scannen. Dat verzoek wordt meestal tevoren luid aangekondigd: ‘reizigersonderzoek’.
Digitale technologie wordt behalve door bedrijven en overheden, ook door activisten gebruikt. De begin deze eeuw opgekomen Piratenpartijen zetten zich in voor openheid in het digitale domein. Ze verbinden hun digitale (eigen)wijsheid met een inzet voor directe invloed van burgers op de politieke besluitvorming. In IJsland heeft de Piratenpartij begin december de leiding gekregen bij de coalitievorming.
Banken weten via onze betaalgegevens heel veel van ons. Maar wat mogen of moeten ze met die kennis? Hoe ver reikt hun zorgplicht? Mogen ze geld verdienen aan hun kennis over onze meest intieme transacties? Onvermijdelijke vragen die dringend bediscussieerd moeten worden.
Het digitale geheugen wordt steeds omvangrijker en het internet vergeet of vergeeft niets. Deze aanslag op onze privacy beperkt de mogelijkheden om te experimenteren en zo onszelf te ontwikkelen. Dat schaadt uiteindelijk de gehele samenleving.
Via sociale media, geldtransacties en openbaar vervoer heeft iedereen te maken met big data. Veel toepassingen zijn handig en fascinerend, maar wekken tegelijk onbehagen: hoe ver reikt de – grotendeels onzichtbare – invloed van al die dataverzamelingen? Sinds het begin van het digitale tijdperk volgt Marleen Stikker de ontwikkelingen.