Al in 2006 schreef historicus Gerrit Voerman over de ontwikkeling naar zogeheten plebiscitaire partijen. In verschillende politieke partijen werden belangrijke kwesties, zoals het politieke leiderschap en de samenstelling van de kandidatenlijst, niet langer beslecht op het congres maar via een referendum. Dat zou partijen democratischer moeten maken: immers, meer mensen kunnen deelnemen aan het besluitvormingsproces. Maar hierdoor ontstond een democratiseringsparadox, waarschuwde Voerman: door deze trend werd het partijkader - actieve leden - namelijk gemarginaliseerd.
Over verandering gesproken luidde de kop van mijn eerste voorwoord voor de Helling, in de lente van 2018. De feestvreugde over de verkiezingswinst van 2017 denderde nog na en GroenLinks stond op het punt om ook bij de gemeenteraadsverkiezingen een glansrijke overwinning te boeken.
Religie blijft een ongemakkelijk thema voor de politiek. Ze is te aanwezig in de samenleving om te kunnen negeren, maar mag tegelijkertijd niet worden vermengd met het bereik van de staat. Zeker bij links bestaat wantrouwen tegen religie en religieuze instituten, wier grip op de samenleving ooit zo groot was. Inmiddels heeft geen enkele godsdienst nog een meerderheid, maar voert het seculiere de boventoon.
Er lijkt deze dagen een onoverbrugbare kloof te ontstaan tussen het individuele najagen van geluk aan de ene kant en de macro-vraagstukken van wereld en mensheid aan de andere kant. Voor politici van vandaag is het een ‘hell of a job’ om die twee altijd maar weer samen te brengen.
Nederland kreeg vorig jaar een koekje van eigen deeg waarvan je wist dat het ging komen. Het Duitse energiebedrijf RWE en later ook het eveneens Duitse Uniper dienden miljardenclaims in tegen de Nederlandse overheid als compensatie voor het uitfaseren van energieopwekking door kolenstook.
Na aanhoudende protesten van de ‘gele hesjes’ tegen het verhogen van de brandstofprijzen organiseerde de Franse president Macron een burgerberaad. Ook in andere landen betrekken politici burgers via deze nieuwe vorm van deliberatieve democratie. Er zijn zelfs plannen voor een wereldwijd burgerberaad over klimaat. Wat heeft dit instrument lokale politici te bieden? De Helling sprak hierover met Eva Rovers, medeoprichter van Bureau Burgerberaad.
De energietransitie is geen buffet waar iedereen het lekkerste gerecht van kan pakken. Om de klimaatdoelen te halen, is het héle buffet nodig: zon én wind, elektriciteit én warmte, uitstoot beperken én uitstoot onder de grond stoppen. Dit brengt lastige keuzes met zich mee, ook voor GroenLinks.
Overheden zouden met hun burgers moeten omgaan als met gezinsleden: mensen met wie je een langdurige relatie hebt en waarmee je in de toekomst vaker van mening zult verschillen. Dat betekent, zeker bij heikele kwesties als klimaatmaatregelen: práten, luisteren, meebewegen waar nodig en je eigen haast soms even opzij zetten. “Thuis hang je ook geen briefjes op als je iets van je huisgenoten gedaan wilt krijgen.”
Politieke overtuigingskracht staat en valt met een goed eigen verhaal. Het concept van resilience zou de basis kunnen zijn voor een groen frame.
De opdracht aan theaters om een cultureel divers publiek binnen te halen is mislukt. De canon bleef klassiek westers, waardoor alleen het verhaal van een deel van de Nederlanders wordt verteld. Een groep jonge theatermakers doorbreekt nu eindelijk de segregatie op het toneel.