Natuurinclusieve kringlooplandbouw, verticale stadslandbouw en zeewierteelt maken deel uit van de voedselketen in 2050. We eten veel minder vlees, zijn zuinig op nutriënten en zorgen voor een optimale inzet van biomassa. Boeren verdienen aan het voedsel dat zij produceren, maar worden ook beloond voor de diensten die zij de maatschappij leveren, zoals vergroting van biodiversiteit, landschapsonderhoud, waterberging en het vastleggen van koolstof in de bodem.
Op grond van samenwerking is een doorwrocht boek over grond-gebaseerde commons: wooncoöperatieven, voedsel- en landbouwinitiatieven en ‘trage wegen’. Het boek beslaat de Vlaamse en Brusselse context, maar is ook zeer boeiend voor Nederlanders die zich in ‘landed commons’ willen verdiepen. Het boek richt zich op iedereen die op zoek is naar nieuwe, meer solidaire manieren om met grond en wonen om te gaan.
De corona-lockdown liet het begin van een nieuwe werkelijkheid zien. En dan heb ik het niet over de anderhalvemetersamenleving. Waar wetenschappers tot voor kort regelmatig publiek en politiek werden afgeserveerd, werden ze ineens de vrijwel onbetwiste leiders van de intelligente lockdown. Politici in coalitie en oppositie overstegen partijlijnen. Op basis van beperkte kennis en in een constructief debat loodsten ze het volk door de crisis. Het eigen gelijk telde even niet.
Eind vorig jaar stond de brandende Amazone op de voorpagina’s. Deze branden houden niet alleen direct verband met klimaatverandering, maar ook met internationale handel.
Het lijkt een voor de hand liggende oplossing: druk de maatschappelijke kosten van voedselproductie uit in de prijs voor een hamburger of een pak koekjes, en de overstap naar een vegetarisch en biologisch dieet is snel gemaakt. Toch zit er een belangrijk nadeel aan zogeheten true cost accounting: het reduceert het debat over duurzaam voedsel tot een kosten-batenanalyse en legt de verantwoordelijkheid voor verduurzaming bij de consument.
Als het aan het Amsterdamse stadsbestuur ligt, komen auto’s die rijden op benzine en diesel vanaf 2030 de stad niet meer in. Het plan van het bestuur klinkt radicaal en daadkrachtig, maar zal zonder een positieve maatschappijvisie en slimme transitiestrategie vooral weerstand oproepen en verzanden in kleine stapjes. Niet het verbeteren van het bestaande en het formuleren van oplossingen – zoals het Amsterdamse plan – moeten uitgangspunt zijn van duurzame transitie, maar in het geval van vervoer een inclusief, leuker, schoner en minder ruimte vragend stedelijk mobiliteitssysteem. Een pleidooi voor een transformatieve politiek met scherpe eisen, ongemakkelijke keuzes en expliciete beloften.
Neonicotinoïden zijn de meest giftige én de meest populaire insecticiden ter wereld. De grootschalige nevenschade van ‘neonics’ aan ons ecosysteem is echter jarenlang weggemoffeld door onder meer een verkeerde framing van dit landbouwgif en een intensieve lobby van producenten. Het recente EU-verbod op neonics is een belangrijke stap maar is nog niet voldoende om het tij te keren, betoogt Jeroen van der Sluijs, universitair hoofddocent nieuwe risico's in Utrecht en hoogleraar risicocontroversen in Bergen: “Landbouwgif is een gemaksmiddel geworden.”
Ons landbouw- en voedselsysteem loopt tegen grenzen aan. Dat blijkt uit afnemende bodemvruchtbaarheid en problemen rond lucht, water, klimaat en biodiversiteit. De kernvraag voor een transitie naar duurzame landbouw luidt: wat vinden wij werkelijk van waarde?
Onze landbouw is afhankelijk van eindige grondstoffen. Om de wereld te blijven voeden is het zaak dat boeren zuinig omgaan met deze grondstoffen. Is biologische of gangbare landbouw daarvoor geschikter? Een pleidooi tegen simplificatie.
Fosfaat is van levensbelang voor onze voedselproductie. Onze samenleving is net zo afhankelijk van fosfaat als van water en zuurstof. Het is lang niet zeker dat er voor toekomstige generaties voldoende zal zijn. Hoe sluiten we de fosfaatkringloop?